woman with camera

Nieuwe hoogleraar wil arbeidsmarkt inclusiever maken: ‘We hebben iedereen nodig’

Published: 31 mei 2024 Laatst bijgewerkt: 31 mei 2024

Hoe komen we tot een economie waarin iedereen kan meedoen? Volgens professor Rene Bakker kan een inclusievere arbeidsmarkt veel problemen oplossen. In zijn nieuwe rol als hoogleraar Inclusive Entrepreneurship and Employment aan Tilburg University zal hij zich richten op het doorbreken van de sociale barrières die het voor mensen met een beperking, ouderen, migranten en andere groepen moeilijk maken om hun potentie te verwezenlijken. “Met alle uitdagingen waar we voor staan, hebben we echt al het talent nodig dat er is.”

Rene Bakker is per 1 juni 2024 benoemd tot hoogleraar aan de Tilburg School of Economics and Management (TiSEM). Als Professor of Inclusive Entrepreneurshop and Employment zal hij zich richten op de inclusie van mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt in de economie en in de samenleving. We stelden professor Bakker vijf vragen over zijn onderzoek.

Waar ga je precies onderzoek naar doen als hoogleraar aan Tilburg University?

“Mijn leerstoel draait om het begrijpen – en bevorderen – van de economische en maatschappelijke inclusie van mensen met een grotere afstand tot de arbeidsmarkt. Denk bijvoorbeeld aan mensen met een migratieachtergrond, senioren of mensen met een beperking. Deze groepen hebben ongelijke kansen op het gebied van werk en inkomen. 

Neem bijvoorbeeld mensen met een beperking. Ik denk dat iedereen het er wel over eens is dat het hebben van een beperking niet zou moeten betekenen dat iemand wordt uitgesloten van onderdelen van de samenleving. Maar de ruim twee miljoen mensen die in Nederland met een beperking leven, hebben een veel kleinere kans op een baan en ervaren een slechtere kwaliteit van leven, minder geluk en meer eenzaamheid en depressie. En dan hebben we het over een land dat zo goed ontwikkeld is als Nederland. In veel delen van de wereld is het een nog veel grotere uitdaging om gelijke kansen te creëren voor mensen met een beperking en andere gemarginaliseerde groepen.”

Mensen met een beperking ondervinden vaak fysieke barrières op de arbeidsmarkt. Toch richt jij je vooral op het doorbreken van sociale barrières. Waarom?

“Sociale barrières kun je niet zien, maar zijn evengoed aanwezig. Mijn focus ligt op stigma, hoewel ik daarnaast ook naar andere factoren kijk. Stigma speelt een centrale rol in de levens van mensen die met ongelijke kansen te maken hebben, en het is zeer destructief omdat mensen zich uiteindelijk gaan gedragen naar het stigma dat ze door de samenleving opgeplakt krijgen. Het is belangrijk om dat te doorbreken, omdat we al het talent nodig hebben dat er is. Denk aan alle grote uitdagingen waar de wereld voor staat: klimaatverandering, ongelijkheid, armoede. We kunnen het ons niet veroorloven dat mensen aan de zijlijn blijven staan.

Denk aan alle grote uitdagingen waar de wereld voor staat: klimaatverandering, ongelijkheid, armoede. We kunnen het ons niet veroorloven dat mensen aan de zijlijn blijven staan.

Bovendien is een diverse arbeidskracht innovatiever, flexibeler en veerkrachtiger. Het is dus niet alleen voor gemarginaliseerde groepen belangrijk dat hun potentieel benut wordt, maar voor ons allemaal.”

Je onderzoeksaanpak is vernieuwend. Je richt je op het wegnemen van sociale barrières in plaats van fysieke barrières, maar ook op andere manieren kies je voor een unieke benadering. Wat zijn de belangrijkste verschillen tussen eerder onderzoek en jouw werk?

“Ik hanteer een positieve benadering. Het glas is halfvol! Misschien heeft iemand die met een ziekte of beperking leeft daardoor wel meer veerkracht dan anderen. Veerkracht is een bepalende factor voor het succes van ondernemers en werknemers. Als we de stigma’s zouden wegnemen, zouden sommige groepen waar ik mij op richt misschien juist bijzonder goed presteren. Een ander verschil is mijn methodologische aanpak. Die is uniek omdat ik experimenten en grote kwantitatieve datasets gebruik. Veel eerder werk op dit gebied is gebaseerd op kwalitatieve gegevens.”

Je onderzoek richt zich op inclusief ondernemerschap en inclusief werkgeverschap. Hoe ziet dat er in de praktijk uit?

“Inclusief ondernemerschap en inclusief werkgeverschap zijn twee alternatieve routes naar een maatschappij waarin mensen met een grotere afstand meetellen en meedoen. Ik geloof dat de ondernemerswereld en de zakenwereld in bredere zin inclusieve, diverse landschappen zijn – of dat in ieder geval kúnnen zijn – die bijdragen aan de inclusie van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. Maar op dit moment wordt dat potentieel niet benut. Dat probleem probeer ik aan te pakken met mijn onderzoek, onderwijs en outreach-activiteiten.”

De wereld van werk als een divers en inclusief landschap – is dat slechts een toekomstvisie, of zijn daar ook echte voorbeelden van?

“Die zijn er zeker! Een goed voorbeeld van inclusief ondernemerschap zijn de impactinvesteerders die zien dat een heel smalle groep ondernemers veel vaker startkapitaal krijgen dan anderen, en die daarom bewust investeren in ondernemingen gestart door vrouwen, mensen met een migratieachtergrond of mensen met een fysieke of cognitieve beperking. Zij financieren deze ondernemers niet alleen om ongelijke kansen te bestrijden, maar ook omdat er echt veelbelovende ondernemingen tussen zitten. Een win-win, dus.

ASML zou niet zijn waar het nu is zonder de unieke talenten en vaardigheden van neurodiverse medewerkers.

Een goed voorbeeld van inclusief werkgeverschap is ASML, vooral op het gebied van neurodiversiteit. ASML zet heel actief in op de werving, onboarding en coaching van neurodiverse medewerkers, bijvoorbeeld via werknemersnetwerken zoals Atypical. Ze begrijpen dat je door neurodivers talent aan te trekken en dat talent volledig te benutten, je ook unieke skills binnenhaalt. ASML zou niet zijn waar het nu is zonder de unieke talenten en vaardigheden van neurodiverse medewerkers. Ook daar zien we een duidelijke win-win. In mijn visie is dat de sleutel tot economische inclusie – je moet de win-wins zien. In een ideale wereld zou iedereen inclusiviteit nastreven om morele redenen. Maar als er ook een duidelijke zakelijke reden is om inclusief te zijn, gaat het allemaal veel meer vanzelf en kun je de grootste impact hebben. Dat is de kern van mijn denken. Doing well by doing good, zoals ze wel eens zeggen.”

  • Professor Rene Bakker

    Prof. dr. Rene Bakker

    Professor of Inclusive Entrepreneurship and Employment

    Rene Bakker is hoogleraar Inclusive Entrepreneurship and Employment aan Tilburg University. Hij is daarnaast Field Editor voor het Journal of Business Venturing, een wetenschappelijk toptijdschrift op het gebied van ondernemerschap. Hij is ook lid van de Young Erasmus Academy en ontving recent een NWO VIDI-beurs ter ondersteuning van zijn onderzoek naar de inclusie van mensen met een beperking. Financial Times publiceerde onlangs een artikel over dit onderzoek.

    Voordat hij aan Tilburg University werkte, was Rene Bakker als universitair docent verbonden aan de Kelley School of Business van Indiana University (VS), en als universitair hoofddocent aan de Rotterdam School of Management van de Erasmus Universiteit. Zijn prijswinnende onderzoek werd gepubliceerd in toonaangevende managementtijdschriften en diverse nationale en internationale media. Daarnaast werkt hij samen met grote bedrijven en organisaties die zijn visie delen dat de economie inclusiever kan en moet worden. In de loop der jaren ontving Bakker ruim €1,2 miljoen euro aan externe financiering dankzij de toekenning van meerdere prestigieuze onderzoeksbeurzen. 

    Professor Bakker heeft ruime ervaring met het geven van onderwijs aan studenten van alle niveaus. Hij ontving verschillende onderwijsprijzen en schreef onlangs een studieboek (samen met Greg Fisher en John Wisneski) getiteld Strategy in 3D: Essential Tools to Diagnose, Decide, and Deliver, dat werd gepubliceerd door Oxford University Press.

Noot voor de pers

Meer informatie? Neem contact op met wetenschapscommunicator Laura van Gelder via l.f.vangelder@tilburguniversity.edu of met de persvoorlichting van Tilburg University via persvoorlichters@tilburguniversity.edu / +31 13 466 4000.